De gefusilleerde leden van de verzetsgroep Oranje Vrijbuiters

Stacks Image 52
Van een aantal leden van de verzetsgroep "Oranje Vrijbuiters" is meer te vertellen. En omdat de Stichting het ook als haar taak ziet om de historie van deze verzetsgroep te ontsluiten voor een breed publiek delen we zo veel mogelijk informatie over een aantal van deze leden. Dat doen we vanzelfsprekend uitsluitend na toestemming van de nabestaanden. We denken met deze verhalen een beeld te kunnen schetsen van deze helden die naast hun verzetswerk vaak ook nog verantwoordelijk waren voor een gezin. Een van deze helden:

Chris Kerkhof

Christiaan Kerkhof werd op 9 oktober 1900 in Leeuwarden geboren. Als zoon van Hendrik Kerkhof, van beroep timmerman, en Petronella Ollemans, groeide hij op in een gezin met zeven kinderen. Twee jongens en vijf meisjes. Van de jongens koos Chris’ broer Auke voor een leven op zee als scheepswerktuigkundige en werd hijzelf, net als zijn vader, timmerman.
Van 1915 tot 1917 bezocht hij de ambachtsschool in Leeuwarden. Met de verklaring dat hij “den 3-jarigen cursus voor leerling timmeren met vrucht heeft doorlopen”, werd hem op 31 maart 1917 door het bestuur van de ambachtsschool het diploma uitgereikt. Om meer kennis te vergaren, volgde Chris meteen ná de ambachtsschool de Burgeravondschool, waar hij goede cijfers behaalde voor wiskunde, natuurkunde, werktuigkunde en boekhouden. In 1918 ontving hij het diploma en had nu een goede basis om eigen baas te worden.
Voor het echter zover was, werkte hij een zestal jaren in loondienst.
Stacks Image 13
Huwelijk
In 1924 trouwde Chris met Froukje Postma, dochter van Jacob Postma en Antje van der Velde, die even boven Leeuwarden een boerenbedrijfje hadden en naast het boerenwerk melk uitventten.

Na de huwelijksvoltrekking betrok het echtpaar de woning met werkplaats aan de Mr. P.J.Troelstraweg 228 in Leeuwarden en werd de stap genomen om als timmerman/aannemer voor zichzelf te beginnen.

Het was halverwege jaren twintig en het bedrijf kon goed draaiende worden gehouden, waar echter verandering in kwam toen zich na 1930 een economische teruggang aandiende die een algehele malaise inluidde. Aanbod van werk was er amper en onder de opdrachtgevers zaten veel onbetaalde rekeningen. Kwam er wat geld binnen, dan kregen eerst de knechten hun loon, waarna er na aftrek van de zakelijke verplichtingen, niet veel meer overbleef voor het bestieren van het eigen huishouden.
Stacks Image 34
Curieus is, dat in die periode, in 1923, zijn naam verbonden werd aan de Mercuriusfontein in Leeuwarden, het monument van de bronnen voor welvaart voor deze stad en omgeving. Tijdens het plaatsen van het monument is in de sokkel een loden koker ingemetseld met de namen van de mensen die hierbij betrokken waren. Ook Chris behoorde tot hen. Hoe vreemd kan het in iemands leven gaan, toen 24 jaar later zijn naam opnieuw verbonden werd aan een gedenkteken. En wel het monument dat als eerbetoon voor hem en 17 andere leden van de verzetsgroep de “Oranje Vrijbuiters” in 1947 in Utrecht is opgericht.
De grote depressie
Tijdens de crisisjaren zwaaide Schraalhans Keukenmeester dan ook vaak de scepter in het gezin Kerkhof, inmiddels bestaande uit vader, moeder en drie kinderen, dochter Anna geboren in 1926, zoon Hendrik Auke in 1930 en Jacob Klaas in 1936.
Stemden de crisisjaren sowieso niet tot vrolijkheid, 1934 werd een extra moeilijk jaar. Er brak brand uit in de werkplaats, die geheel uitbrandde en ternauwernood kon worden voorkomen dat ook het woonhuis in vlammen zou opgaan. Deze tegenslag noodzaakte uit te kijken naar een plek waar het bedrijf voortgezet kon worden. Dit werd de Billitonstraat nr. 5 in Leeuwarden, met achter het woonhuis een werkplaats. Hoewel de gevolgen van de nog steeds weinig rooskleurige economische situatie zich deden gelden, kon het bedrijf draaiende worden gehouden met huizenbouw en later met het uitvoeren van winkelbetimmeringen, onder anderen bij Vroom en Dreesman.
Stacks Image 97
Het huis aan de Billitonstraat 5 in Leeuwarden. Onder het schuine gedeelte van de dakkapellen was door Chris een schuilplaats getimmerd.

Politieke onrust
Waren de crisisjaren zorggevend voor het bedrijf, eind jaren ’30 dienden zich omstandigheden aan die Chris zorgen van geheel andere aard baarden. Ze waren het gevolg van de oorlogsdreiging, die niet alleen voelbaar werd door het uitroepen van de mobilisatie in 1939, maar ook zichtbaar door de enorme stroom Duitse joden die na de Kristallnacht van 9 op 10 november 1938 nazi Duitsland ontvluchten. In oktober 1939 in eerste instantie ondergebracht in kamp Westerbork, was het voornemen van de Nederlandse regering hen na de inval van de Duitsers op 10 mei 1940 naar West-Nederland te sturen. Wat niet mogelijk bleek. Wel werd het Leeuwarden, waar de vluchtelingen onderdak vonden bij gastgezinnen. Samen met naaste buren, ontfermde het gezin Kerkhof zich over een Joods echtpaar met twee kinderen. Zij wilden proberen via Nederland naar Amerika te komen. Vele uren, tot diep in de nacht, praatte Chris met de man en zijn vrouw en kreeg zodoende een beeld wat er in nazi Duitsland gaande was. Het legde bij hem de basis van wat hij een paar jaar later, toen ook het Nederlandse volk geknecht werd, ten uitvoer bracht: verzet plegen.
Vier maanden na de oorlog werd in huize Kerkhof een
brief ontvangen van de vrouw van het echtpaar, mevrouw Lotte Schönheim-Baumann. Zij doet daarin het verhaal hoe het haar gezin is vergaan, nadat het in mei 1940 teruggestuurd werd naar Westerbork, voorportaal van het concentratiekamp Theresienstadt en onder meer vernietigingskamp Auschwitz.

NB: Door contact met de "Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie" kwam medio februari 2012 aan het licht dat Lotte Schoenheim-Baumann op 17 december 1946 naar Amerika is vertrokken. Dochter Ursula en zoon Walter op 7 november 1946. Lotte schreef op 31 augustus 1945 een artikel  in het Nieuw Israëlitisch weekblad.
Oranje Vrijbuiter
Chris was Humanist en Liberaal en stond in die levensovertuiging voor Vrijheid, Vrije meningsuiting en Gelijkheid voor allen. Toen dan ook in 1940 de Duitse troepen Nederland binnenvielen en de bedoelingen van Hitler en zijn trawanten steeds duidelijker werden, wist hij wat hem te doen stond. Klaas Postma, neef van zijn vrouw, had in 1941 de verzetsgroep de Oranje Vrijbuiters opgericht en een jaar later trad Chris toe tot deze groep. Er zich terdege van bewust wat hij hiermee voor zichzelf en zijn gezin op het spel zette. Maar zijn stelling was, zelf verantwoording nemen tegen het onrecht waardoor mensen als beesten werden vermoord, verdreven werden van huis en haard en bestaande normen en zeden ontwricht werden. Om later niet te hoeven zeggen, ik wist ervan, stond erbij, keek ernaar, maar heb niets gedaan. Zijn verzet uitte zich niet alleen in activiteiten voor de Oranje Vrijbuiters, maar ook weigerde hij zijn aannemersbedrijf in te zetten voor de Duitse bezetters en hij hief zijn bedrijf op. Om toch zijn gezin te kunnen onderhouden, ging hij ‘werken’ op het vliegveld in Leeuwarden. Hij sloeg daar geen spijker recht, keek overal rond en wist al doende precies wat zich waar bevond. Hij maakte schetsen die dienden voor de succesvolle geallieerde precisiebombardementen op het vliegveld. Hoewel nimmer gesnapt voor deze sabotage- en spionagedaden, werd hij tenslotte toch wegens werkschuwheid ontslagen. Dit gebeurde nadien nog twee keer bij aannemers op Vlieland en in Harlingen, die voor de Duitse Wehrmacht werkten. Om toch inkomsten te hebben, legde hij zich daarna toe op de botenbouw. En wel de bekende Friese zeilboot, de grote BM’er.

Het zou niet voor lang zijn.

Verraad
De leden van de verzetsgroep de Oranje Vrijbuiters kwamen elke zondag bijeen in het pand nr.151 aan de Nieuwegracht in Utrecht. Zo ook op zondag 29 augustus 1943. In gezelschap van een joods meisje, dat in huize Kerkhof een paar weken had mogen 'logeren', meldde ook Chris zich. Onwetend van de rampzalige gevolgen. Door verraad werd hij, net als zij die vóór hem en ná hem het doorgangshuis betraden, door de Duitsers gearresteerd. Ook het joodse meisje. Bijna de gehele groep Oranje Vrijbuiters werd opgepakt en in het bekende "Oranjehotel" in Scheveningen gevangen gezet.
Op 29 februari 1944 zijn achttien van hen, onder wie Chris, op de Waalsdorpervlakte gefusilleerd. Waarschijnlijk heeft hij de laatste nacht in de dodencel doorgebracht met de ook gefusilleerde Hans van Koetsveld en Andries van Beek. (Zie ook de aanhef op deze pagina) Wat het lot van het joodse meisje is geworden, is niet bekend.

Stacks Image 177
Dagboek van een Herdershond
In de Scheveninger gevangenis zat in de naastgelegen cel van Chris pater Jacobus (Jac. of Jacques) Hubertus Schreurs. Geboren te Sittard op 9 februari 1893, zou Jacques Schreurs opgroeien tot priester, schrijver en dichter. Als priester zette hij zich vooral in voor de mijnwerkers en als schrijver verwierf Schreurs bekendheid door zijn letterkundig werk. Schreurs schreef onder anderen de driedelige roman “Kroniek ener Parochie” geschreven tussen 1941 en 1948 waarin hij zijn ervaringen heeft opgetekend over de armoede, bijgeloof en onderontwikkeling in zijn parochie waar hij destijds kapelaan was.
Tussen 1978 en 1980 is hiervan een televisiebewerking uitgezonden onder de titel “Dagboek van een Herdershond”
In de oorlog heeft pater Schreurs een actieve rol in het verzet gespeeld. Opgepakt op 19 augustus 1943 werd hij eerst in Maastricht gevangen gezet, waar hij in een communieprentje de tekst krabde: “Gaar gekookt in hitte en urine, doorwaak ik vaak mijn dagen en nachten en de gedachte aan allen die ik liefheb. Geef mij sterkte, vergeet mij niet.”
Van Maastricht werd hij naar Haaren in Noord-Brabant gebracht en tenslotte naar het Oranjehotel in Scheveningen, waar hij ter dood werd veroordeeld. In die periode van zijn leven brak een onbeschrijfelijk ellendige tijd aan: hoger, koude gesnauw van de Duitse bewakers, martelingen en, rond middernacht, het rammelen van de sleutelbos als weer eens iemand werd gehaald voor executie. Erbarmelijke omstandigheden die de leden van de Oranje Vrijbuiters ook moesten ondergaan.
Eiland der Eenzamen
Van pater Jacques Schreurs – M.S.C. is een gedichtenbundel uitgegeven "Eiland der Eenzamen", gedichten van een gevangene. Ondanks het strafmatig schrijfverbod van de bezetter, zijn de gedichten als spijkerschrift in de herfst en winter van 1943- 1944 in de gevangenissen van Maastricht, Haaren en Scheveningen ontstaan. Later zijn de gedichten door de pater herschreven en in 1946 in een oplage van 1100 exemplaren uitgegeven. (Uitgever Winants - Heerlen)
Hoe grillig de Duitsers waren, reeds door hen ter dood veroordeeld, werd pater Schreurs op 11 februari 1944 plotseling vrijgelaten. Schreurs overleed op 30 januari 1966.
Zijn bloed is nog niet droog
In sterke lotsverbondenheid en onverzettelijkheid meemakend die Oranje Vrijbuiter Chris onder deze omstandigheden toonde, heeft pater Jacques Schreurs tot uiting gebracht in het gedicht “Zijn bloed is nog niet droog”, dat hij aan “Oom Chris” heeft opgedragen.
Stacks Image 224
Stacks Image 347